Meegemaakt – Een zaterdagdienst

29 / 03 / 2023
Meegemaakt

Maar je bent toch huisarts?

Als mensen doorvragen wat voor werk ik doe als huisarts, willen ze altijd weten waarom ik die medTzorg-diensten doe?! Een simpele reden: ik houd van afwisseling en van bijzondere gebeurtenissen. Met die gedachte heb ik eens bijgehouden wat ik zoal doe in één zaterdagdienst. Ik neem jullie graag mee:

Ochtend

10.00
Belletje uit verpleeghuis: mw. A. heeft per ongeluk de hoge bloeddruk-medicatie van iemand anders gekregen. Beleid: vandaag alleen met begeleiding lopen en staan.

11:45
Naar de gevangenis: meneer B. is ziek: koorts, spierpijn: Conclusie: echte griep. Beleid: niet in contact laten komen met andere gevangenen. Stel je voor: een griepepidemie in de gevangenis… wat een werk wordt dat!

Middag

12:15
Belletje uit verpleeghuis: mevrouw C. ligt op sterven en moet nodig poepen, maar daar heeft ze de kracht niet voor. Beleid: een klysma geven.

12:20
Belletje uit verpleeghuis: meneer D. heeft antibiotica voor een blaasontsteking en klaagt over buikpijn. Diagnose: waarschijnlijk bijwerking van de antibiotica of door de blaasontsteking. Beleid: pijnstilling.

14:30
Naar de gevangenis: meneer E. was boos, heeft de magnetron door het raam gegooid; voor straf moet hij in de isoleercel. Tegen mij is hij weer rustig, heeft wel wat medicatie-vragen. Beleid: sterkte gewenst en medicatie geregeld.

15:00
Naar de gevangenis, voorbereiding van het spreekuur: de inschrijfformulieren van de nieuwe gevangenen doorgenomen. De recepten met de medicatie van de gevangenen gecontroleerd.

15:10
Belletje uit verpleeghuis: mevrouw F. is overleden. Een ‘verwacht overlijden’: ze was dement, heeft de laatste weken alleen maar gelegen en niet meer gegeten. Gezegd dat ik later in de middag langs kom, nu heb ik het te druk.

15:30
Spreekuur arrestantencomplex (de cellen langs):

Meneer G. heeft op het formulier aangegeven dat hij methadon gebruikt. In de cel ligt hij met zijn hoofd onder de dekens en wil niets van me, zelfs niet zijn hoofd laten zien. Ik sta erop dat ik wel even zijn gezicht zie en doe de deken omlaag. Dhr. houdt zijn ogen dicht, ik krijg nog een snauw en dan doet hij de deken weer over zijn hoofd. Interessant dilemma: Ik ben verantwoordelijk voor zijn gezondheid. Maar hoe kan ik daar iets over zeggen als ik hem zelfs niet gezien heb? Maar mag ik wel de deken van zijn hoofd aftrekken als hij dat niet wil?
Jonge man H. (16 jaar) heeft gisteren met stoeien per ongeluk met zijn vuist tegen de muur geslagen. Nu pijn in zijn hand. Diagnose: waarschijnlijk alleen gekneusd. Beleid: als hij last blijft houden morgen naar zijn eigen huisarts
Meneer I. rookt elke dag wiet voor €30. Is nu aan het afkicken. Hij is onrustig en slaapt niet. Hij is inderdaad trillerig. Beleid: wat rustgevende middelen om het afkicken draaglijk te houden.
Meneer J. doet vreemd, trekt de deken om zijn hals. Hij zegt dat hij het gevoel heeft dat hij overal in faalt, heeft voortdurend zelfmoordgedachtes. Beleid: Na overleg met de psychiater: extra rustgevende middelen. Als hij uit de gevangenis weg gaat, wordt er een opname geregeld in de psychiatrie.

16:15
Verpleging belt: meneer K. is plots grauw en benauwd. Hij is bekend met dementie en hartproblemen. In principe gaat hij niet meer naar het ziekenhuis. Spreekuur onderbroken en met spoed naar verpleeghuis. Bij aankomst is hij net overleden. Beleid: geschouwd en de overlijdenspapieren getekend.

17:45
terug naar gevangenis, vervolg spreekuur:

volgens de bewaking is meneer L. zo gek als een deur. De psychiater die hem vanmorgen zag kwam niet in gesprek met hem. Waarschijnlijk is hij gearresteerd voor bedreiging met een mes, maar dat is onduidelijk. Ook is het onduidelijk waar hij verblijft en of hij behandeld wordt in de psychiatrie.
Tegen mij is hij vrolijk en chaotisch, hij zegt dat hij in deze cel woont en geeft steeds tegenstrijdige informatie. Verder hoeft hij niets en wil ook niet dat ik hem onderzoek. Beleid: geregeld dat hij niet zomaar weg mag uit de gevangenis: hij moet dan eerst gezien worden door een psychiater (en waarschijnlijk gedwongen worden opgenomen).
meneer M. slaapt niet. Beleid: 2 dagen een slaappil.

Avond

18:00
Belletje uit verpleeghuis: mevrouw N. heeft haar maagsonde uitgebraakt. Ze heeft twee keer overgegeven, is verder niet erg ziek. Beleid: zetpil tegen de misselijkheid.

18:30
Eindelijk naar het verpleeghuis: In de kamer ligt mevrouw F. op bed, twee kinderen met hun partners zitten op stoelen en midden in de kamer staat een doodskist; hij is al open. Nog nooit meegemaakt: de dood is nog niet vastgesteld en de kist staat al klaar. De zoon vertelt dat hij zelf de begrafenis regelt. Dat is veel goedkoper en als je op internet een kist bestelt dan heb je hem anderhalf uur later in de kamer! Beleid: geschouwd, familie gecondoleerd en de overlijdenspapieren getekend.

20.00
Belletje uit gevangenis: meneer O. slikt melatonine (medicijn om beter in slaap te komen), maar dat is niet klaargezet. Beleid: dan moet hij helaas dit weekend zonder die pil. Een visite kost de gevangenis en daarmee de maatschappij veel geld; dat vind ik in dit geval niet opwegen tegen zijn ongemak.

20:10
Belletje uit verpleeghuis: mevrouw P. heeft een blaasontsteking. Beleid: antibiotica.

22:00
Naar de gevangenis: meneer Q. is gearresteerd, waarbij pepperspray is gebruikt. Ook heeft hij gedronken. Het eerste dat dhr. tegen me zegt als ik de cel in kom is “I don’t like you”. Ondanks toenaderingspogingen blijft hij bij dit standpunt. De agenten blijven tussen hem en mij instaan. En in dit geval ben ik daar wel blij om: hij loopt met gebalde vuisten en lijkt ieder moment uit te kunnen halen. Beleid: naar de cel met camera-observatie.

Nacht

01:45
Naar de gevangenis: meneer R. is benauwd door stress. Gebruikt dan altijd een puffer en dat helpt goed. Beleid: puffer gepakt.

Wat een leuk baantje is dit toch: afwisseling, bijzondere gebeurtenissen, improviseren, interessante ethische dilemma’s, lekker radio luisteren tijdens het rondrijden tussen de gevangenissen en verpleeghuizen, en toch ook hard werken. Mooie baan.

medTzorg huisarts Arend-Jan de Groote, Utrecht